
Categorie archief: Verpleeghuisgedichten/ eigen gedichten
De vinger op de zere plek đ

Kerstgedachten..

Het gaat er niet om of je het licht
aan het eind van de tunnel
moet kunnen zijn.
Of om het met elkaar liggen op dezelfde lijn.
Maar juist om het kleuren daar buiten.
En door geen open deuren te sluiten.
Wees soms het water bij de wijn.
Ontmoet jezelf in die ander, zonder te hoeven tornen aan.
En ook zonder het lezen en schrijven met elkander
mag een verhaal bestaan,
omdat het er toe doet.
Dat het niet gaat om het zoeken, maar om het vinden.
Dat je mag loslaten om je te kunnen verbinden
en tevens het middelpunt mag zijn van jouw eigen wereld.
En dan tĂłch die hand kunnen reiken.
Zonder te kijken naar wat het je zou kunnen brengen.
Alleen maar, omdat diegene er toe doet.
Samen werken aan. Samen leven voor.
Juist door terug te gaan naar eigenheid.
En dat je jezelf die tijd gunt.
Uit compassie en liefde.
Omdat je er toe doet.
Geschreven door vriendin
Zo mooi!
D.
âšïžđđ
You go!!
Voor dhr en mw X

Kwetsbaar zit ze in haar stoel
Een hoopje mens van 84
Roepend om haar moeder:
âMamma! Mamma!
Ik kan haar slecht bereiken
âMis je je moederâ?
vraag ik..
âIk wil naar mijn moeder toeâ,
zegt ze
Een duidelijke zin
Die vaak wordt herhaalt
En âIk weet het niet meerâ
Angst en verdriet beheersen haar.
Troosten weerd ze af..
Vroeger was ze lerares
Wist precies wat,
én hoe ze het wilde.
Ze blijft controlerend,
delegerend, het heft in eigen handen.
Nu zit ze daar:
Hulpeloos..
Verliezend in haar strijd,
trots en waardigheid.
Te roepen, te huilen,
om haar moeder,
haar veiligheid ontbreekt.
Ontredderd,
achterdochtig en soms somber.
Weet niet wat te doen.
Eenzaam in haar wereld..
Ze kan het niet meer vinden
Zichzelf te verwaarlozen
Ontoerekenbaar,
soms onhandelbaar.
Ze is zorg-afhankelijk,
maar haar antwoord is âNEE!â
Een bange schreeuw om hulp?
âIk heb me gewassen, en ik heb al gegetenâ!
De zinnen heeft ze verloren,
in een golf van afasie.
Een gewoon gesprek brokkelt af,
de woorden dwarrelen door elkaar.
Haar echtgenoot is soms haar vader,
een andere keer âdie manâ,
of broer.
De belofte die ze deden: tot de dood ons scheidt..!
Geen verpleeghuis in verschiet!
Zijn liefde heeft de overhand,
Zij is zijn grootste bezit.
En ik zie zijn onmacht en verdriet,
in zijn prachtig bruine ogen.
Zolang de draagkracht overheerst, aan âdraaglastâ..
blijft ze bij hem thuis.
Van rondrijden wordt ze blij:
huizen kijken en benoemen,
in soms half afgemaakte zinnen.
Maar ze geniet..
Ze hoeft niets te presteren,
alleen maar kijken,
en verwonderen.
Telkens weer opnieuw..
Nu zit ze daar,
In de stoel bij het raam.
Veel met haar ogen dicht,
op haar vertrouwde plek
In haar eigen omgeving
thuis.
De herinnering herleeft,
zoekend naar haar âhuisâ
Vergeten,
dat ze vergeet,
en nĂet meer weet..
Verborgen zorgtaken!
‘k Zat met mijn neus eens in de boeken
En ik bleef maar naarstig zoeken
Naar het hoofdstuk ‘empathie’
Maar hoelang ik ook bleef turen
DĂĄt hoofdstuk vond ik nie.
Dan maar door naar ‘warme zorg’
Geen idee waar dat zich verborg
Misschien bij het hart en de vaten
Of hadden ze het toch ergens anders gelaten
Dan maar door naar ‘aandacht en genegenheid’
Nou, toen raakte ik de draad even helemaal kwijt
Genoeg te lezen over Diabetes Mellitus type twee
En een bladzijde verder omschreef Influenza B
Je kunt natuurlijk nooit genoeg informatie verwerven
Over ‘hoe niet zonder goede reden te sterven’
Maar over het bijdragen aan kwaliteit van leven
Daar staat bar weinig over in de boeken geschreven
Hetgeen dat het bovenstaande namelijk omschrijft
Zijn onmisbare zaken, dat men van nature beklijft
En je kunt toerloos blijven zoeken
Maar waar zorgen daadwerkelijk om gaat,
dat vind je nergens in de boeken.
D.

Aandacht

Het is de aandacht
En warmte
Onbetaalbaar
Moment-opnames
Daar is t waar het om gaat.
Kort gezegd..
En wij blijven doen waarvoor wij in de wieg zijn gelegd. Kort gezegd; Wij doen. Met aanzienlijk minder dan geoorloofd. En onze knieĂ«n knikken. Net als ons hoofd. Wanneer zij vragen om meer. Meer dagen, meer uren. En onze ruggen, onze schouders, onze voeten… Zij hebben te verduren. En toch…. Onze monden blijven lachen om de grappen die wij maken. Over serieuze zaken. En over hen… Zij, die het niet snappen..Of het niet zien zoals het is. Zo houden wij het luchtig. Wij nemen hete baden en zuchten van verlichting. Wanneer spieren ontspannen. Gedachten worden losgelaten. Wij willen niet oeverloos debatteren. Of praten. Over besluiten die al zijn genomen. Wij willen praktiseren. Zonder daarvoor posities te hoeven creeĂ«ren, die boven ons uit reizen. Want wie wij zijn, staat al beschreven. In onze handen en in onze zielen. Wij behoeven alleen maar ruimte. Om te doen. Waarvoor wij in de wieg zijn gelegd. Kort gezegd.
Geschreven door D.

â€ïž Hart voor de mens..
Iedereen kan jou leren
om te signaleren
en te rapporteren
En vertellen hoe iets moet
Iedereen kan jou zeggen
En proberen uit te leggen
Hoe je het volgens het boekje doet
En iedereen kan jou blijven vragen
Waarom je telkens links gaat
en niet rechts
Zeggen dat iets
zwart of wit is
en goed is
of juist slecht
Maar NIEMAND kan jou leren voelen
Zelfs de strengste juffrouw niet
Om met één blik te kunnen weten
of iemand pijn heeft
of verdriet
Een schouder zijn
Soms zelfs een ‘ouder’ zijn
Het vertrouwde zijn
DAT heeft de meeste waarde,
en waar zorgen daadwerkelijk om gaat
Waarvoor in wezen
geen enkel papiertje bestaat
Wat mogen we blij zijn
Dat er zusters als jij zijn
Met hart voor de mens
achter hun kwaal
Jij bent, werkelijk waar,
mijn Florance Nachtegaal.
Dit prachtige gedicht is geschreven door Deanne Platje en is voor iedereen die werkt in de zorg.

Voldaan.

Onthechten
Of het nu gaat om een opname in een verpleeghuis of om een definitief afscheid, in beide gevallen is er sprake van verdriet en gemis. In beide gevallen is er sprake van verplichte onthechting. Dat is een moeilijk proces, waar je doorheen moet. Het is de enige manier om weer verder te kunnen gaan. Maar het is een rouwproces en dat kost tijd.
www.hanscieremans.nl/2019/09/09/onthechten/

COVID tijd..
đ€
Het is soms een ware kunst
Om te kunnen blijven geven
Zonder angst en
zonder beven
Maar met beide benen
op de grond
Al zakt het soms onder je vandaan
En dan ‘gewoon’ maar blijven staan
Je masker op
Nu letterlijk en figuurlijk
Vreemd en onnatuurlijk
Maar vanuit liefde gedragen
En voor rust in het gemoed
Omdat je weet dat je het voor die ander doet
En met je ogen te spreken
Wanneer de mimiek nu moet ontbreken
Blijft warmte doch in overvloed
Het is soms een ware kunst
Maar met Liefde.
Geschreven door D
Wereld Alzheimerdag

â€ïž

Zuster, hoor eens..
Zuster, hoor eens
Zie me niet als een verwarde,
achterdochtige persoon
en benader mij beslist niet
op betuttelende toon.
Noem me daarom dus geen âlieverdâ,
doe niet of je me goed kent.
Ik ben net een mens als jij hoor,
ook al noem je mij âdementâ.
Ik ben oud en ook volwassen,
gebruik dus geen babytaal.
Vriendâ lijk zijn vind ik geweldig,
maar praat met mij heel normaal.
Ook al raak je soms vertederd,
ook al ben je me soms zat,
ook al vind je me wel aardig,
dan ben ik nog niet jouw âschatâ.
âk Ben van zorg helaas afhankâ lijk
en dat doet me best veel pijn.
Desondanks ben ik jou dankbaar,
dat je er voor mij wil zijn.
Bouw aan wederzijds vertrouwen,
ook al maak ik soms misbaar.
Praat daarbij met mij respectvol,
gelijkwaardig aan elkaar.
© Hans Cieremans
Het is de warmte, niet de temperatuur!

7:30 uur: Zachtjes klop ik op haar deur,
en zie een blij gezicht.
2 armen gaan in de lucht, breed gespreid.
“Goedemorgen”!
De eerste knuffels zijn ontvangen..
Zorgen voor, houdt zo veel méér in!
Het er gewoon Zijn…
Vol bewondering voor de schrijfster D.
Schuldgevoel
Schuldgevoel
Het schuldgevoel
blijft aan me knagen.
Jij loopt continu,
mijn aandacht te vragen.
Ik kan geen stap zetten,
ik moet op je letten.
Ik kan er niet tegen,
ât grijpt mij naar de keel.
Ik wil je wel helpen,
maar ât wordt soms te veel.
Dan word ik boos,
word ik ongeduldig.
En als jij dan huilt,
dan voel ik me schuldig.
Ze zijn goed bedoeld
alle adviezen.
toch dreig âk steeds vaker
de moed te verliezen.
ât Is zo tegenstrijdig,
waarom word ik nijdig?
Is het mijn onmacht,
ben ik te moe?
Is het de vraag:
âWaar gaat dit naartoe?â
Ik zou zo graag willen
om alles te geven.
Maar ik heb toch ook
een eigen leven?
Is ât egoĂŻstisch
om dat te denken?
Die vraag druk ik weg,
âk bedien op je wenken.
Ik doe wat je zegt,
mijn lach is niet echt.
Soms wil ik vluchten,
kan ik het niet aan.
Dan houd jij me tegen,
je laat me niet gaan.
Langzaam maar zeker
laat ik de moed zakken.
Kan ik het ooit weer;
âMijn leven oppakken?â
Je schuldig voelen
kost veel waterlanders,
maar echt schuldig zijn,
is heel wat anders.
© Hans Cieremans
Zorg is…..
Als ik mezelf niet meer ben.
Als ik mezelf niet meer ben
Als mijn geheugen het eens af laat weten
en ik mezelf niet meer ben.
Als ik gekweld word door angstig vergeten,
als ik jou niet meer herken.
Als ik niet meer uit mijn woorden kan komen,
als ik soms plas in mijn broek.
Als dementie levenszin heeft ontnomen,
kom dan bij mij op bezoek.
Breng dan wat kleur in mijn leven,
ook al weet ik niet meer wie je bent.
Vergeet me dan niet en troost me heel even,
geef me soms nog zoân kostbaar moment.
Als ik niet weet hoe ik mij aan moet kleden,
ben ik de weg kwijt geraakt.
Als ik geen toekomst meer zie in het heden,
als tijd het verschil niet meer maakt.
Als mijn gedachten in mist gaan verdwijnen,
herinnâ ring in nevelen hult.
Als ik dan huil, leg jouw hand in de mijne,
leid mij naar het licht, met geduld.
Breng dan wat kleur in mijn leven,
ook al weet ik niet meer wie je bent.
Vergeet me dan niet en troost me heel even,
geef me soms nog zoân kostbaar moment.
Als op een dag de mist op zal trekken,
laat me dan los, laat me gaan.
Ik ga dan op reis, een nieuw leven ontdekken,
een reis naar een eeuwig bestaan.
Maar blijf tot die dag, dat de mist wordt verdreven,
bereid saam de reis met me voor.
De reis van vertrouwen in ât eeuwige leven
waar ik bazuingeschal hoor
Maar blijf tot die tijd in mijn leven,
ook al weet ik niet meer wie je bent.
Vergeet me dan niet en troost me heel even,
geef me soms nog zoân kostbaar moment.
© Hans Cieremans
Regeltjes
regeltjes (discussie)
Hij rookte haast heel zijn leven,
daâs natuurlijk niet gezond.
En hij dronk ook vaak een pilsje
met het flesje aan zijn mond.
Maar zo leefde hij zijn leven,
niet zo slim, maar hij genoot.
Hij dacht geen moment aan stoppen,
want hij ging nog liever dood.
.
Nu ligt hij in een verpleeghuis
en daar is een rookverbod.
Sterke drank werd hem verboden
en de koelkast ging op slot.
Want dat zijn nu eenmaal regels,
drinken dat is ongepast
en het roken is onveilig
en bezorgt ook overlast.
.
In het huis zeggen de mensen:
âJa, het is zijn eigen schuld.
Had hij anders moeten leven,
overlast wordt niet geduldâ.
Nu slijt hij zijn laatste jaren,
zonder roken, zonder drank.
Want de regels zijn de regels,
het moet tegen wil en dank.
.
Ik begrijp het: âEr zijn regelsâ,
maar we hebben afgeleerd
om nog creatief te denken,
want de regel prevaleert.
We verschuilen ons daarachter,
regels vinden wij heel goed.
Maar door creatief te denken,
kom je wensen tegemoet.
.
Gun die man zijn laatste maanden
af en toe nog wat plezier.
Dat kan met een sigaretje
en een lekker potje bier.
Zoek daarom naar moogâ lijkheden,
een idee, wees assertief.
Dus als regeltjes gaan knellen,
denk dan weer eens creatief.
© Hans Cieremans
Zoveel kwijt….
Vroeger was je heel innemend,
levenslustig, grappig, lief.
Nu ben jij heel achterdochtig,
angstig, somber, inactief.
Als je mij iets wil vertellen
snap ik niet wat jij bedoelt.
En ik moet voortdurend gissen,
wat jij denkt en wat jij voelt.
Als ik bij je op bezoek kom,
ben jij in jezelf gekeerd.
Om contact met je te maken,
heb ik alles geprobeerd.
Meestal ben je dan onrustig
en ook heel vaak prikkelbaar.
Wat een vreemde zuster wel lukt,
krijg ik zelf niet voor elkaar.
Dan zit ik me af te vragen
hoe dat kan, want zij is vreemd.
Is dat omdat jij nu hier bent,
dat je mij dat kwalijk neemt?
Of dat vreemde ogen dwingen?
âk Weet het niet, maar het doet zeer.
Ik mis jou, ik wil je helpen,
maar ik weet het soms niet meer.
âk Mis de lichtjes in je ogen,
jouw beminnelijke lach.
En waar ik niet aan kan wennen:
Jouw veranderde gedrag.
âk Mis je liefdevolle aandacht,
ik ben zoveel van je kwijt.
Ik mis alles wie jij ooit was.
Waar is jouw persoonlijkheid?.
© Hans Cieremans
Afscheid..
.
Laten wij ze niet vergeten
Laten wij ze niet vergeten
Laten wij ze niet vergeten,
als ze ons vergeten zijn.
Laten wij wat zonlicht schenken
in hun schemerige brein.
Laten wij hun tranen drogen,
met de warmte van ons hart.
Laten wij ze richting geven
in de weg die hun verwart.
Laten wij ze niet vergeten,
als herinnering verbleekt.
Laten wij dan naar hen luistâren,
als slechts hun verleden spreekt.
Laten wij dan mee bewegen
in beleving van weleer.
Laten wij vertrouwen geven,
niets steeds zeggen âkan niet meerâ.
Laten wij ze niet vergeten,
als ze ons vergeten zijn.
Laten wij elkaar beloven
om er steeds voor hen te zijn.
©Hans Cieremans
Ons geluk

Soms is het moeilijk jouw aandacht te krijgen,
je kijkt, maar jij ziet me niet.
Ik weet intussen, ât is beter te zwijgen
en blader wat in een Margriet.
Ik lees geen woord, ik kijk naar de plaatjes
en denk aan hoe het eens was.
We waren verliefd en heel dikke maatjes,
net zestien en groen als het gras.
We zijn vroeg getrouwd, de kindertjes kwamen,
we kregen een dochter en zoon.
En al ons geluk, dat deelden we samen,
geluk was destijds heel gewoon.
We hadden het fijn, we hebben genoten,
het leven was toen één groot feest.
Die tijd is voorbij, voorgoed afgesloten,
wat was komt niet meer, daâs geweest.
Het leven neemt nu een andere wending,
niet zoals wij hadden gehoopt.
Ons levensverhaal krijgt geen âhappy endingâ,
door Alzheimer word jij gesloopt.
Het leven is eindig, daâs niet te vermijden,
maar zo valt die eindigheid zwaar.
Het is zo verdrietig om jou te zien lijden,
dit wilden we niet voor elkaar.
Ik vind het moeilijk jouw aandacht te krijgen,
dus staar ik maar in een Margriet.
Alzheimer is ons geluk gaan bedreigen,
het wordt nu vermengd met verdriet.
Alzheimer wil de herinnâ ring verstoren,
herinnering aan ons geluk.
Maar dat lukt niet, dat gaat nooit verloren,
zelfs Alzheimer krijgt dat niet stuk.
© Hans Cieremans
Samen, afzonderlijk

Samen, afzonderlijk
Onderstaand gedicht is geschreven op de melodie van Donna, donna (Joan Baez)
Zo vertederend,
soms vernederend.
ât Voelt zo dubbel als ik haar zie.
Zo vergankelijk,
zorgafhankelijk,
het gezicht van haar dementie.
Ik zie al haar kwetsbaarheid,
âk voel verborgen pijn.
Maar ze raakt me, ze ontroert,
een mens dat er mag zijn.
Samen zijn we nu afzonderlijk,
heel alleen, toch bij elkaar.
Maar de liefde is verwonderlijk,
want ik houd nog veel van haar
Zo uitdrukkingsloos,
zo fragiel, zo broos,
leeft ze in haar vergetelheid.
Ver weg, toch dichtbij,
soms verbaast ze mij,
als ze terug gaat in haar tijd.
Zij kent slechts het hier en nu,
herinnering herleeft.
Dat geeft zin aan haar bestaan,
wat nog voldoening geeft.
Samen zijn we nu afzonderlijk,
heel alleen, toch bij elkaar.
Maar de liefde is verwonderlijk,
want ik houd nog veel van haar
Ontoerekenbaar,
soms onhandelbaar
in haar schemerig perspectief.
Verliest in haar strijd,
trots en waardigheid,
maar ik heb haar nog innig lief.
Ik probeer te troosten,
wat niet te troosten is,
zoekend naar genegenheid,
die ik van haar mis.
Samen zijn we nu afzonderlijk,
heel alleen, toch bij elkaar.
Maar de liefde is verwonderlijk,
want ik houd nog veel van haar
© Hans Cieremans
Dag van de verpleging
De ene mens vroeg eens aan de ander;
‘Stel je nu voor,
dat we ooit in de steek gelaten worden
door onze geest.
En we weinig meer zullen weten.
Of wellicht zelfs helemaal niets.
Met onze ziel vastgeklemd
onder de arm.
Verdwaald op onze levensweg.
Zoekend naar een ver verleden,
of iets anders, dat onvindbaar is.
Stel je dat nu eens voor.
Wat rest ons dan nog?’
De ander dacht even diep na en zei;
‘Ookal zijn we dan nog maar een schim,
van wie we ooit waren.
Heeft de tijd ons ingehaald,
en lijken we in wezen nauwelijks nog
op diegene in onze vroegere jaren.
We blijven mens,
we blijven altijd mĂ©ns.’
En hij richtte zijn blik even omhoog.
De azuurblauwe hemel deed hem zijn ogen bijna sluiten.
‘Weet je?
Het enige wat we kunnen is hopen.
Hopen dat we
dĂĄt ook zullen blijven.
In andermans nabijzijn,
in andermans ogen,
in andermans handen.
Dat een stem je geruststelt en zegt;
‘Ik zie jou. Ik ken jou.’
‘Want uiteindelijk, is dat
het enige wat telt.
MĂ©ns te blijven.’
D.
#Trotsđ©ââïžđ
Geschreven door een vriendin Deanne
Belevingsgerichte zorg
Zorg gericht op de beleving,
is vaak een verpleeghuistrend.
Je creëert dan een omgeving,
die de oudere herkent.
Je benadert de cliënten
met respect en empathie,
voor gelukkige momenten.
ât Is een mooie theorie.
Zorg gericht op de beleving,
is echter een probleem.
Een herkenbare omgeving
is niet haalbaar in ât systeem.
Aan de wil zal het niet schorten,
maar de theorie loopt stuk,
door de personeelstekorten
en de te grote werkdruk.
Tijd gaat op aan rapporteren
en aan veel vergadertijd.
Roosters maken, innoveren,
met als doel: âmeer kwaliteitâ.
Zo gaat dure tijd verloren,
haalt men niet âde zorg op maatâ.
Zie je bordjes; âhier niet storenâ,
en wordt heel wat afgepraat.
Zorg gericht op de beleving,
is een mooie theorie:
âGeef herkenbare omgeving
aan de mens met dementieâ.
Laten wij het tij weer keren,
geef je tijd weer aan hun âtoenâ.
Niet door al dat rapporteren,
niet vergaderen, maar âdoenâ.
© Hans Cieremans
Zo is het!
Alles is zo anders nu
Alles is zo anders nu
Eens zo sprankelend,
nu afhankelijk
door de zorgen die zij heeft.
Eens zo vlot, actief,
nu stil, depressief
in de wereld waarin zij leeft.
Af en toe is zij ad rem,
word ik nog door haar herkend.
Zegt ze met haar fluisterstem:
âIk ben blij dat jij er bentâ
Zo vergankelijk,
leeft zij wankelend,
in haar kwetsbare evenwicht.
Haar persoonlijkheid,
is volledig kwijt,
heel haar leven totaal ontwricht.
Alles is veranderd nu,
door die rotte dementie.
Soms heeft zij een déjà -vu,
wanneer ik haar glimlach zie.
Soms vernederend,
toch vertederend,
is haar leven, verzwakt, fragiel.
Al haar waardigheid,
verdween met de tijd,
als een mes snijdend door haar ziel.
En zo loopt ze strompelend,
langs de rand van haar bestaan.
Uitzichtloos en mompelend,
tot het kaarsje uit zal gaan.
© Hans Cieremans